De uitdagingen in onderwijs zijn van die aard dat je het als leraar alleen niet meer kunt bolwerken. Heel wat scholen zijn ervan overtuigd dat je het als één team moet aan pakken. Het is dus ook logisch dat je dat doortrekt naar opleidingen toe en evolueert naar gezamenlijke ontwikkeling van competenties.
Tijdens een tweejarig Vlaio praktijkonderzoek, deden we een diepte-interview met 28 directies uit basis- en secundair onderwijs. We vroegen hen welke competenties volgens hen nodig hebben om hoog kwalitatief onderwijs te kunnen realiseren. Daarnaast deden we een uitgebreide literatuurstudie, hielden we onze bevindingen tussentijds tegen het licht via een intervisiegroep uit het werkveld en leerden we via onze begeleidingen op de schoolvloer welke kennis, vaardigheden en attitudes leraren nodig hebben om als team samen een sterke onderwijskwaliteit te kunnen realiseren. We kwamen uit op 11 competenties:
Kenniscompetenties
Sommige scholen wachten voorlopig met de nodige veranderingen in te voeren omdat hun leraren nog niet over bepaalde basiscompetenties beschikken om gewoon al goed les te kunnen geven, laat staan dat ze dat de volgende stap zouden kunnen zetten. Drie belangrijke kenniscompetenties voeden elkaar.
Didactisch handelen
De manier waarop de leerstof het best kan onderwezen worden. Zoals leerlingen in de zone van naaste ontwikkeling kunnen brengen, in staat zijn om verkorte instructies zonder kwaliteitsverlies te ontwerpen of vakoverstijgende leerinhouden slim kunnen samenstellen. Leraren moeten ook het metacognitieve niveau van hun handelen kunnen ontwikkelen. Aanvullend op hun lespraktijk samen met collega’s kunnen reflecteren in welke mate hun les heeft gewerkt en waarom. Daarop kunnen bijsturen en zo theoretische kennis contextualiseren en koppelen aan hun eigen lespraktijk.
Breinvriendelijk leren
Stel dat je als leraar niet goed zou weten hoe het brein van je leerlingen werkt. Hoe kun je dan goed lesgeven? Eén facet daarvan is weten dat leerlingen over een denkend/bewust brein en een associatief/onbewust brein beschikken. Het onbewuste brein is zeer belangrijk voor het verwerken van leerstof. Het werkt op de achtergrond, op momenten dat leerlingen niet bewust aan het nadenken zijn. Leraren moeten dus weten dat ze het brein van hun leerlingen af en toe rust moeten gunnen. Vanuit dat oogpunt is het goed dat leerlingen tijdens de speeltijd hun brein niet actief belasten, bijvoorbeeld door met hun GSM bezig te zijn. Tijdens het spelen of met elkaar praten, kunnen ze onbewust belangrijke verbanden leggen over de leerstof die ze eerder gezien hebben. Daarnaast gebruikt het denkend brein veel energie. Daarom kunnen leraren leeractiviteiten waarbij leerlingen veel aandacht en denkvermogen nodig hebben, het best in de ochtend inplannen. Bijvoorbeeld cognitieve vakken.
Zelfregulerende vaardigheden
Heel wat leraren denken dat leerlingen geen eigenaarschap over hun leren kunnen opnemen. Leerlingen moeten dat inderdaad leren en leraren kunnen hen daarbij helpen. Dat kan door aan hun zelfregulerende vaardigheden te werken. Maar even goed is dat belangrijk voor het lerarenteam. Als je goed wil samenwerken met elkaar zijn, dan zijn emotieregulatie, impulscontrole, respons-inhibitie, beschikken over een goed werkgeheugen, aan een taak kunnen beginnen, goed kunnen plannen en time-management belangrijke vaardigheden. En ook bij volwassenen zijn die vaardigheden niet altijd ontwikkeld, temeer omdat daar vroeger op school geen aandacht aan werd besteed.
Vaardigheidscompetenties
Elkaar kunnen coachen
Als je leerlingen eigenaarschap wil geven over hun leren en verwacht dat leraren hen daarbij goed begeleiden, dan is het essentieel dat het ganse schoolteam over voldoende coachingsvaardigheden beschikt. Toen ze in de vrije basisschool in Blankenberge in grote units gingen werken, kregen de alle leraren een meerdaagse opleiding in coaching. Aangezien ze het geleerde daarna meteen konden toepassen, was het leereffect groot. Ga dus eerder voor een vormingstraject in plaats van een opleidingsmoment. Zorg voor teamtijd waarin leraren samen kaders en inzichten kunnen opdoen, om het geleerde toe te passen, erop te reflecteren en te leren van wat werkt of niet. Op die manier schep je voorwaarden om te leren en te groeien en leren leraren elkaars potentiële kwaliteiten vrijmaken.
Feedback kunnen geven en ontvangen
Om een lerende organisatie te worden, is bij het schoolteam een mindset nodig om continu op zoek te gaan naar feedback. Daarbij is de eerste stap om feedback niet langer te zien als iets negatief of als een evaluatie. Zo legt de ontvanger van de feedback de oorzaak van zijn falen niet buiten zichzelf. Uitzoeken waarom iets minder goed ging en hoe dat in de toekomst anders aan te pakken. Maar alles begint natuurlijk met vertrouwen en eerlijkheid. Door elkaar veel waarderende feedback te geven, kunnen leraren een sterke voedingsbodem leggen waarna ze in tweede instantie ook meer open zullen staan voor corrigerende feedback.
Systeemdenken
Een school is een levend ecosysteem waarbij alles met elkaar verbonden is. Leraren moeten in staat zijn om het overzicht te behouden en tegelijk ook kunnen inzoomen. De kunst bestaat erin om die twee met elkaar te verbinden. Door het geheel te leren zien in plaats van de onderdelen afzonderlijk, kun je patronen en relaties ontdekken. Als onderwijsprofessional maak je deel uit van het ecosysteem. Meer nog, je hebt er een rol in en je kunt er ook invloed op uitoefenen. Door regelmatig te kijken naar het groter geheel en de relaties tussen de verschillende elementen, vergroot je de impact op lange termijn, kom je tot betere besluiten en meer effectieve acties.
Over deze en andere competenties kun je meer lezen in De ultieme gids voor transformatie van je school .
Hoe kun je aan deze teamvaardigheden werken?
Het eerste inzicht is om te evolueren van individuele opleidingen naar gezamenlijke competentieverwerving. Het blijft natuurlijk belangrijk dat leraren zichzelf individueel blijven nascholen maar de hefboom vergroot als ze dit samen in team doen. Dat heeft vaak een groter effect. Zeker als ze samen gaan onderzoeken, ideeën uittesten en hun bevindingen ook met elkaar communiceren.
De valkuil bestaat er in om aan al deze vaardigheden tegelijk te willen beginnen. Of om er te weinig structuur of opvolging in te hebben zoals een topspreker op je pedagogische studiedag uitnodigen en daarna niet de link leggen met de toepassing ervan in de klas. Het is daarom belangrijk om een selectie te maken van de teamvaardigheden die het meest prioritair zijn voor jullie toekomstig schoolproject en om daarvan een plan van aanpak te maken.
hoe weet je nu op welke vaardigheden je gaat focussen?
Je hebt als directie, beleidsmedewerker of innovatieve leraar wellicht een vermoeden waar je school goed op scoort en waar er groeikansen zijn. Maar jouw perceptie komt niet noodzakelijk over de hele lijn overeen met die van je collega’s. Daarnaast kun je ook een aantal blinde vlekken hebben. Het is dus goed om eerst een gezamenlijk beeld over de huidige competenties in het schoolteam te hebben om daarna te kijken welke de zinvolle focuspunten voor de toekomst zijn.
Dit kan evntueel via een vaardigheidsscan. EduNext heeft daarvoor een vragenlijst ontwikkeld die je samen met een aantal collega’s kunt invullen. Daarbij schaal je je per vaardigheid in op 4 niveaus: zwak, matig, sterk, uitmuntend.
Door telkens voorbeelden of verklaringen toe te voegen aan je score, krijg je een overzicht hoe sterk je al scoort op elk van de vaardigheden. Door nadien de scores en vooral de voorbeelden en verklaringen te analyseren en te interpreteren, kom je tot een gezamenlijk beeld. De gesprekken die collega’s daarbij voeren zijn van onschatbare waarde. Daarna kun je er samen - bijvoorbeeld door erover te stemmen - enkele elementen uitkiezen en er verder op verdiepen. Dat kan via de voorbeelden die het team samen gegeven heeft maar ook door andere inspiratie toe te voegen. EduNext heeft daartoe rubrics ontwikkeld. Deze bevatten per element een aantal criteria en geven via indicatoren op elk van de vier niveaus mogelijke invulling.
Zo kom je per gekozen element tot een actieplan. Dit bevat een aantal concrete elementen om voor de gekozen vaardigheden als team een niveau te groeien. Voor zelfregulerende vaardigheden zou dit mogelijke acties kunnen zijn:
Enkele personen van het team een intensieve opleiding laten volgen
Een kennismakingssessie voor het hele team organiseren
Teamtijd creëren voor het schoolteam voor de teamvaardigheid zelfregulerende vaardigheden
Een leerlijn zelfregulerende vaardigheden ontwikkelen
Workshops tijdens pedagogische studiedagen en pv’s organiseren
Samen met leerlingen zelfregulerende vaardigheden in de hele school visualiseren
Sterke voorbeelden een podium geven
Regelmatig reflectiemomenten inbouwen
Het komt er op aan om met volgehouden aandacht en inspanning samen sterker te worden in een bepaalde vaardigheid. In een meerjarenplan kun je dan vastleggen om elk jaar op één vaardigheid grondig en duurzaam een niveau te stijgen.
samen met JE team een vaardigheidsscan doen?
Dit houdt in dat we de deelnemers – tussen de tien en de twintig – voorafgaand aan de scan goed briefen. Ze krijgen dan een Survey Monkey vragenlijst die ze individueel invullen (scoren en argumenteren). Ze hebben daarvoor een half uur tot een uur tijd nodig. We verwerken de resultaten en sturen die vooraf door. In een interventie van een halve dag in de school bekijken we samen de resultaten en kiezen we enkele vaardigheden waarop we verdiepen. Het resultaat is een actieplan voor de gekozen teamvaardigheden.
Neem contact op met dirkdeboe@edunext.be of bel Dirk op 074/949448