Het schoolgebouw moet de visie langs muren en ramen uitademen – Jo Peters (Deusjevoo & UPspace)

Jo Peters is creatief directeur bij Deusjevoo, een Limburgs bedrijf dat gekend is voor zijn beursstanden, televisiedecors en interieurs. Wat weinig mensen weten is dat Deusjevoo ook in onderwijs actief is. Zo hebben ze de T2 campus in Genk gerenoveerd en creëerden ze de Inspirodroom, een prachtige leeromgeving in het Inspirocollege te Houthalen-Helchteren. Die school was op zoek naar een manier om zijn visie te vertalen in een gebouw. Toen ze de zienswijze van Jo hoorden, gingen ze met Deusjevoo in zee.

Breng je schoolgebouw tot leven

De visie van de school kan helder en gedragen zijn maar daarom leeft ze nog niet. Een visie is meer dan een bordje dat je bij het binnentreden van het gebouw of op de website aantreft. Als je geluk hebt, draagt iedereen op school de visie uit. Maar dan nog zit ze niet in het gebouw. Dat merk je meteen als je een school binnen komt. Ademt het gebouw de visie uit of niet? Vind je de visie terug als je door de gangen loopt of in de leraarskamer vertoeft? Wordt het interieur met materialen en kleuren consequent doorgetrokken? Vaak niet. Niet zelden is een school een kakafonie van materialen en kleuren met weinig lijn en eenheid. Een sterk design kan ervoor zorgen dat een gebouw met de bewoners in dialoog gaat en zo het verhaal van de school vertelt. Muren zijn immers dragers van informatie. Via een creatief design en out-of-the-box denken kan je die muren tot leven brengen. De impact van de omgeving op de personen die er leven of werken wordt nog te vaak onderschat.

Jo Peters.jpg

Ontketen de breinen van leerlingen en leraren

Hoewel Jo reeds op 14 jarige leeftijd zijn grote droom najoeg en vanuit een tuinhuis groeide tot een van de grootste decorbouwers uit de lage landen, zag hij pas echt het licht toen hij Theo Compernolle, professor en auteur van het boek ‘Ontketen je brein’ ontmoette. Van hem leerde hij hoe je  een optimale werkplek creëert met respect voor het brein. Wat een brein aankan of niet aankan bepaalt immers hoe een gebouw eruit ziet. Een van de hardnekkige mythes is dat we denken dat we kunnen multitasken. Velen onder ons proberen het toch elke dag. Het zorgt voor een gevoelige productiviteitsdaling, een flink grotere foutenmarge en toenemende stress. Als je je wil focussen kan je maar één ding tegelijkertijd. Ofwel ben je in focus in stilte, ofwel ben je aan het communiceren, ofwel maak je kabaal bij ontspanning of bij het samenwerken. Maar je bent nooit twee van deze dingen tegelijkertijd aan het doen. Toch zijn we stiekem verslaafd aan al die kleine duizenden dingen die ons de ganse dag bombarderen en die ons lekkere dopamine geven dat dan ook nog eens super verslavend is. Je moet daarom via het ontwerp van het gebouw uitsluiten dat leerlingen kunnen multitasken en zorgen dat ze focus behouden. Studeren en samenwerken gaat bijvoorbeeld niet tegelijkertijd. Daarom is het belangrijk om inzicht te hebben in het menselijk brein. Eigenlijk hebben we er drie: een reflexbrein dat ogenblikkelijk in werking treedt als er bijvoorbeeld een tijger komt binnengestormd, een reflecterend brein dat veel nadenkt, langzaam werkt en veel energie verbruikt, dit brein is uniek voor mensen en stelt ons in staat te leren en te innoveren en een archiverend brein dat verbindingen legt, informatie verwerkt en ordent.

Afbeelding uit het boek ‘Hoe je je brein bevrijdt’ - Theo Compernolle

Afbeelding uit het boek ‘Hoe je je brein bevrijdt’ - Theo Compernolle

Als je weet hoe je die drie breinen naast elkaar kunt laten werken in een gebouw, dan heb je een slim gebouw.

De vijf zones van een ideale leeromgeving

Met bovenvermelde inzichten komt Jo tot vijf zones in zijn leeromgevingen:

-        Een plaats voor concentratie

-        Een omgeving voor dialoog en communicatie

-        Een zone om samen te werken

-        Een vertrek om te recupereren

-        Een ruimte om te circuleren

Door de ruimtes zorgvuldig te ontwerpen en op elkaar af te stemmen, kan je multitasken vermijden en kan je de breinen van de leerlingen gepast aanspreken. 

Ergonomie is cruciaal. Onze leerlingen zitten bijvoorbeeld veel te veel. De meeste schoolgebouwen laten leerlingen het grootste deel van de dag op een stoel zitten die dan meestal nog niet eens ergonomisch is. De impact op fysiek en mentaal vlak enorm en lijdt vaak tot demotivatie naarmate leerlingen groter worden. Jongeren moeten al zittend positie nemen terwijl ze bewegende mensen zijn. Je kan een ruimte zodanig ontwerpen dat leerlingen gedurende de dag veel meer aan het bewegen zijn.

Je kunt fout zitten maar je kunt nooit fout rechtstaan – Jo Peters
Inspirodroom trein.jpg

In het Inspirocollege in Houthalen-Helchteren kunnen leerlingen zich bijvoorbeeld terugtrekken in de leerslang, een langgerekte trein voor het venster. Dat meubel zet aan tot hangen, klimmen, klauteren, liggen … en zitten. Het is ook een plek om individueel of in kleine groepjes in focus te werken. De hele Inspirodroom is zo opgevat dat quasi alle bewegingsvormen mogelijk zijn en dat het klassieke ‘zitten’ wordt vermeden. Zo zijn er grote klaverbladtafels waar een volledige klasgroep rond kan staan, en waar in groep werken gestimuleerd wordt.

Laat je leiden door lumineuze kleuren en hou de akoestiek in toom

Via licht kan je ook gericht aangeven welke activiteit op dat moment gewenst is in de leeromgeving. In de Inspirodroom gebeurt dat via grote cirkelvormige lampenkappen. Deze kappen veranderen van kleur in functie van de activiteit die er wordt gestimuleerd. Kleuren de kappen rood dan worden de gebruikers gestimuleerd tot concentratie en recuperatie. Dan maken zij het stil en wordt de hele Inspirodroom een studieplek. Kleurt de ruimte groen dan mag er gecommuniceerd worden. De blauwe kleur ten slotte geeft aan dat er mag samengewerkt worden. Niet te uitbundig maar wel in fluistertoon.

Inspirodroom lampen.jpg

Een zorgvuldig ontworpen akoestiek is cruciaal. In heel wat basisscholen zie je onder de stoelen doorgesneden tennisballen. Om te zorgen dat er niet te veel lawaai is als kinderen hun stoelen verschuiven. Dat is mooie maar reactieve oplossing. Je moet de akoestiek van bij het ontwerp aanpakken. Dat betekent dat materiaalkeuze enorm belangrijk is. Zachte materialen zoals tapijt worden vaak geweerd in veel scholen omdat er teveel stof in kruipt en het moeilijk te onderhouden is. Toch is het een van de beste manieren om geluid te dempen. En momenteel bestaat er ook tapijt dat even hygiënisch is als een tegelvloer. Maar ook het gebruik van hout en beklede muren zorgen voor een beperkte nagalmtijd wat de akoestiek enorm ten goede komt. Het komt erop aan om op een creatieve manier de akoestiek onder controle te houden. Het gebruik van warme en dempende materialen zorgen er tevens voor dat de leerlingen er graag vertoeven.

Meer info vind je op deusjevoo.be en UPspace.be