Op 8 en 23 november organiseerde veranderwijs.nu een studienamiddag Professionele Leergemeenschappen (PLG’s) over de schoolmuren heen. Vlajo en EduNext namen de organisatie en de inhoudelijke coördinatie voor hun rekening. Een 70-tal deelnemers vonden hun weg naar Aalst en Leuven en gingen een namiddag in co-creatie. Lees hieronder de samenvatting.
Starten met een professionele leergemeenschap
Maarten Bruns die in Nederland heel wat professionele leergemeenschappen heeft begeleid, leidde het thema in. Hij begon met enkele quotes van docenten die ook bij ons in Vlaanderen heel herkenbaar zijn.
Wat is dat nu eigenlijk, een Professionele LeerGemeenschap?
Maarten benadrukt dat een Professionele leergemeenschap zich onderscheidt van andere professionaliseringsvormen zoals symposia, workshops, hackatons of intervisies omdat het gaat over structurele bijeenkomsten waarbij teams zowel kennis en ervaring delen en ook nieuwe kennis of producten creëren. Het is belangrijk om van bij de start te benadrukken dat het zal gaan over de inhoud, het leren van en met elkaar en dat het een duurzaam initiatief is met als doel samen het leren van leerlingen te versterken.
Zoek het niet altijd extern
We hebben soms de neiging om de kennis van buitenaf in te roepen. Voor een PLG is dat niet altijd of constant nodig. Als je het team goed samenstelt, dan heb je al heel veel kennis en expertise rond de tafel. Die competenties en vaardigheden zijn vaak groter dan je denkt. Het voordeel is dat je veel beter aansluit op de voorkennis, de overtuigingen en de werkwijze van de deelnemers. Voor specifieke expertise kun je er af en toe wel iemand bij halen.
Zorg voor een duidelijke structuur
Je houdt het best dezelfde structuur aan voor elke bijeenkomst:
Je begin elke bijeenkomst steeds met een stand up. Daarin delen de teamleden waar ze mee bezig zijn geweest sinds de vorige bijeenkomst en wat de status van de activiteiten is. Dit kan via een teambord waar deelnemers in een halve cirkel rond komen staan. Dit hou je kort zonder ruimte voor vragen of discussie. Als mensen elkaar kunnen helpen of tips hebben, dan doen ze dat achteraf.
Daarna volgen drie fases waarover je de tijd gelijkmatig verdeelt:
- Exploreren: de PLG deelnemers verkennen het onderwerp met elkaar op basis van eigen kennis en ervaring. Het is belangrijk om hierbij ook de tijd in de gaten te houden. Je hebt deelnemers die maar blijven exploreren terwijl anderen meteen aan de slag willen.
- Condenseren: de teamleden vatten de belangrijkste bevindingen samen. Bijvoorbeeld door de output van de exploratiefase in een mindmap te zetten en daarna stickertjes te kleven bij de voorkeursideeën of door hen te laten stemmen.
- Maken: zorg dat de deelnemers aan een concreet product werken dat in de praktijk bruikbaar is. Een van de voorbeelden die Maarten aanhaalde is de plug-in bij een les. Dit is een kleine, praktische toevoeging die je als het ware inplugt op een bestaande les.
Je sluit de bijeenkomst telkens met een retro. Daarbij ga je in op hoe de samenwerking verliep en wat de deelnemers van het product vinden dat ze hebben opgeleverd.
goed startEN is goud waard
De startbijeenkomst is cruciaal voor het succes van de PLG en moet je goed voorbereiden:
- Werk aan een relevant thema: je mag inhoudelijk sturen maar zorg voor gedragenheid van de thema’s door de teamleden.
- Nodig 6 tot 12 mensen uit: kleine groepen werken vaak beter; anderzijds heb je steeds een bepaald aantal mensen nodig omdat je de kennis uit de groep wil laten komen.
- Geef ruimte om te experimenteren: sta de deelnemers toe om fouten te maken.
- Stel positieve verwachtingen: het is belangrijk dat collega’s bereid zijn om elkaar te helpen. Hogere verwachtingen zorgen vaak voor hogere resultaten.
- Plan tijdig data en frequentie: zorg dat de PLG’s ingeroosterd worden bij de start van het schooljaar en dat deelnemers minimum 1 x per maand gedurende 2,5 à 3 uur samenkomen.
- Zorg voor coaching: iemand die het proces in de gaten houdt, die vermijdt dat het bij een babbelsessie blijft en die zorgt dat er op het einde een product is.
- Betrek de omgeving: nodig af en toe mensen uit van buiten de PLG en communiceer regelmatig over je resultaten. Zo bekom je meer draagvlak voor de implementatie.
Het boek der samenwerking
Tijdens zijn lezing liet Maarten ons rechtstaan en nadenken over onze beste samenwerkingservaring en wat daar dan zo bijzonder aan was.
Dit is een oefening die je bij de start van een PLG kunt doen en waar je tijdens het verloop van de bijeenkomsten regelmatig kunt op terugvallen => zijn we nog wel in lijn met wat onze verwachtingen?
Verzamel een enthousiast team
Maarten adviseert om deelnemers zoveel mogelijk vrijwillig te laten deelnemen. Als ze er geen zin in hebben of het er echt niet bij kunnen nemen, dan worden ze beter geen lid. Anders verhinderen ze het ontstaan van een echte PLG. De passieve, negatieve houding van één teamlid kan de totale sfeer van de groep immers sterk beïnvloeden. Je hebt eigenlijk 3 type docenten:
- Varkentjes zien de PLG volledig zitten en zijn bereid om er met hun snuit volledig in te duiken en zo de beste truffels te vinden.
- Kippetjes moeten het eerst nog zien gebeuren en willen af en wel een bijdrage leveren maar twijfelen nog of dit allemaal wel echt nodig is.
- Egeltjes worden liever met rust gelaten en hebben andere belangrijke zaken te doen. Ze geloven vaak ook niet in de aanpak of het thema.
Maarten raadt aan om in een PLG met de varkentjes aan de slag te gaan, de kippetjes er af en toe bij te halen en de egeltjes te weren. Daarbij moet je de varkentjes gemotiveerd houden en soms ook temperen. Door de kippetjes af en toe te bevragen, bekom je interessante input en creëer je ook draagvlak. De deelnemers in Aalst en Leuven stelden de terechte vraag of het wel oké is om de egeltjes erbuiten te laten. Op die manier hoeven ze nergens aan mee te doen maar kunnen ze achteraf wel kritiek hebben op de gemaakte producten. Hier valt geen eenduidig antwoord op te geven. Het hangt sterk af van de context. Maar leraren kunnen een of twee keer passen voor een PLG maar dat niet blijven doen. In dat geval moet er een gesprek plaatsvinden.
Zorg voor tijd!
Een cruciale factor voor de slaagkans van een PLG is tijd. Zorg dat er in het lesrooster ruimte gecreëerd wordt zodat de PLG deelnemers bij elkaar kunnen komen en er ook tussendoor verder kunnen aan werken. Dat betekent dat de schoolleider hier verantwoordelijkheid moet nemen en de PLG(‘s) ook tijdig inplant. Liefst voordat de roosters voor het nieuwe schooljaar gemaakt zijn.
Resultaten workshop
Met de inspiratie uit de lezing, mochten de deelnemers in teams nadenken over de uitdagingen waar ze mee te maken krijgen tijdens het opstarten en onderhouden van hun PLG’s. Dit zijn een aantal van hun uitdagingen:
- Hoe kunnen we de basisprincipes van een PLG integreren in de bestaande overlegstructuren in onze school/leersteuncentrum?
- Hoe kunnen wij kennis en inzichten uit het PLG team implementeren in de hele school (niet PLG leden)?
- Hoe kunnen we binnen een PLG zorgen voor een onderzoekende houding waardoor we een positieve impact krijgen op de leerresultaten van leerlingen?
- Hoe maken we tijd vrij voor onze PLG? Hoe gaan we van georganiseerd naar zelfgestuurd? Hoe creëren we draagvlak? Wat doen we als het fout loopt?
- Hoe kunnen we de bezieling houden tijdens de PLG sessie en tussendoor?
- Hoe kunnen we in de PLG structureel overleg voorzien tussen verschillende scholen?
- Hoe komen we tot één gedragen en gemeenschappelijk doel?
Hierop gingen de teams divergeren en convergeren om daarna aan elkaar hun oplossingen te presenteren:
Meer lezen over PLG’s?
Maarten Bruns schreef samen met Martin Bruggink een praktisch boek over PLG’s met daarin ook interessante werkvormen. EduNext schreef er deze recensie over.