Starten met een Professionele LeerGemeenschap  - PLG-Teams in het onderwijs - Maarten Bruns en Martin Bruggink

Meer en meer onderwijsprofessionals zijn ervan overtuigd dat goed samenwerkende en van elkaar lerende leraren de onderwijskwaliteit versterkt. Een van de manieren om dat te bereiken is om professionele leergemeenschappen te vormen.

Onderzoek toont aan dat heel wat professionele leergemeenschappen niet het gewenste resultaat opleveren. Redenen daarvoor kunnen zijn: geen goede focus, te weinig engagement, opgelegd van bovenaf, onvoldoende coaching of ondersteuning, geen concrete resultaten, te weinig quick wins …

In onderstaand boek geven Maarten Bruns en Martin Bruggink hoe je een PLG succesvol kunt opzetten en verduurzamen.

Boekcover - Starten met een Professionele LeerGemeenschap - PLG-Teams in het onderwijs - Basalt

Volgens de auteurs is een professionele leergemeenschap (PLG) een team van leraren dat op regelmatige basis bij elkaar komt, hun kennis en ervaring met elkaar uitwisselt en van elkaar leert. De bedoeling is dat ze – vanuit zaken waar ze tegen aan lopen – een oplossing bedenken in de vorm van een concreet product. Dat kan een les zijn of een proces die ze gezamenlijk kunnen gebruiken ter verbetering van de onderwijskwaliteit. Door dit aansluitend uit te proberen in de klas, ervaringen met elkaar uit te wisselen en ervan te leren, kunnen ze het product beter maken en zo beter onderwijs verschaffen. Bij een PLG ligt de nadruk op het uitwisselen van kennis en ervaring en van elkaar leren. Het gaat over verbeteren én over het creëren van een lerend netwerk. Een PLG bestaat dus uit een hecht team dat naar een gezamenlijk doel streeft, zaken uittest en regelmatig feedback organiseert. Het komt minstens één keer per maand samen. Anders verlies je de kadans.

De schrijvers benadrukken dat een PLG meer is dan een intervisie. Een vaste groep (6 tot 12 deelnemers) komt volgens een afgesproken ritme samen en legt elkaar zaken voor waar ze de afgelopen tijd tegenaan gelopen zijn en proberen samen tot inzichten en tot oplossingen te komen. Het is steeds de bedoeling om een concreet product af te leveren, liefst iets gezamenlijks dat de deelnemers kunnen gebruiken ter verbetering van hun lessen of van de schoolwerking. Het is ook belangrijk om de producten zoveel mogelijk direct uit te proberen in de les en de aanpak te bespreken met collega’s en teamleiders. De feedback die ze daarbij ontvangen, brengen ze weer in de PLG zodat verdere uitwisseling van kennis en ervaring plaats kan vinden.

Vijf belangrijke stappen

Maarten Bruns en Martin Bruggink zien in elke bijeenkomst vijf gebeurtenissen:

1.      Stand-up: wat heeft iedereen getest en toegepast sinds de vorige bijeenkomst en welke hindernissen zijn de deelnemers tegengekomen?

2.      Exploreren: de deelnemers verkennen met elkaar het onderwerp op basis van eigen kennis en ervaring

3.      Condenseren: wat zijn de belangrijkste bevindingen uit de vorige bijeenkomst?

4.      Maken: de deelnemers werken aan een concreet product dat in de praktijk bruikbaar is

5.      Retro: hoe ging de samenwerking en wat vinden de deelnemers van het product dat ze hebben opgeleverd?

De auteurs benadrukken dat de PLG bijeenkomsten op zich niet voldoende zijn. Er moet tussen de bijeenkomsten ook verder gewerkt worden aan de producten en ze moeten ook toegepast en afgestemd worden met collega’s en andere betrokkenen. Dat betekent dat leraren hiervoor ook tijd zullen moeten maken of krijgen.

Uitgangspunten voor PLG Teams

In hoofdstuk 2 van het boek geven de schrijvers enkele richtlijnen:

-        Bepaal het gemeenschappelijke doel: zo kom je tot een gezamenlijke ambitie waar iedere deelnemer het nut van inziet. Dat motiveert en tegelijk wordt de weg naar het doel meer helder en begrijpen deelnemers beter wat hun rol is.

-        Besteed aandacht aan de groei van de PLG: het is belangrijk dat deelnemers zich voldoende op hun gemak voelen om hun mening en ervaringen te delen en om hun gevoelens te uiten. Dit betekent dat iedereen zich engageert om bij te dragen aan de PLG en ook iedere keer aanwezig is.

-        Pas toe en verbeter: gebruik de PDCA cirkel (plan, doe, feedback, pas aan). Zo vullen denkers en doeners elkaar aan.

-        Ga uit van de kennis en ervaring in de groep: die is vaak groter dan je denkt. Probeer eerst te verkennen wat de groep zelf al weet. Daarmee sluit je veel beter aan op de voorkennis maar ook op de overtuigingen en de werkwijze van de deelnemers. De regel is 80% uit de groep, 20% van buiten.7

- Laat de groep de agenda bepalen: als de teamleden gezamenlijk de onderwerpen bepalen zijn ze meer gemotiveerd voor het gekozen onderwerp. Bijvoorbeeld door het maken van een geprioriteerde lijst met het belangrijkste onderwerp bovenaan dat je eerst behandelt. Zo krijg je al meteen zicht op de agenda van de eerstvolgende bijeenkomst.  

-        Maak het visueel: we zijn geneigd om alles vast te leggen in teksten. Een beeld geeft vaak meer houvast om een onderwerp te bespreken. Op die manier zien deelnemers gemakkelijker de samenhang tussen de onderwerpen. Het maakt dat mensen meer over de hoofdlijnen praten i.p.v. in details te vervallen. Hang het op zodat iedereen dit goed kan zien.

-        Kijk terug en verbeter: door regelmatig terug te kijken op het proces, gaat het samenwerken steeds efficiënter en wordt het steeds leuker.

Het gaat niet alleen over het verbeteren van dingen die niet goed gaan, het is ook een moment om te realiseren wat wel goed gaat.

Zorg voor een goede start

De investering in een goede startbijeenkomst betaalt zich dubbel en dik terug in het vervolg. Zorg alvast voor een goede plaatsing van het meubilair en blijf weg van de busopstelling. Werk bijvoorbeeld in een halve cirkel zodat iedereen elkaar goed kan zien.

De auteurs geven aan dat het belangrijk is om ook de werkwijze en de structuur goed aan te geven maar daarbij toch te zorgen dat het soepel blijft. Het is belangrijk om een ervaren begeleider te hebben die de PLG kan faciliteren. Dat betekent dat zij of hij inhoudelijk weinig inbrengt, zich focust op het proces en de tijd in de gaten houdt. Bespreek deze rol en ook die van de deelnemers (actieve deelname, acties doen tussen de bijeenkomsten door, tijdig aanwezig zijn …).

Schenk voldoende aandacht te schenken aan de gemeenschappelijke geschiedenis. Zo kun je bijvoorbeeld de achtergrond van het thema verkennen via een gezamenlijke tijdslijn zodat iedereen een beeld heeft van de historiek van dat thema. Het doel is om de gedachten die iedereen bij het thema heeft te synchroniseren.

Zorg dat de deelnemers hun verwachtingen met elkaar uitwisselen zodat ze dat van elkaar weten. Dit kun je ook al doen tijdens de selectie van de deelnemers. Door de gewenste toekomst te visualiseren en te bespreken wat je al hebt ondernomen op weg daarnaartoe, creëer je al meteen energie om ernaartoe te werken.

Ook de volgende bijeenkomsten hebben een goede start nodig. Zorg ervoor dat iedereen snel van elkaar weet waar hij of zij mee bezig is geweest in de tijd tussen de PLG bijeenkomsten in en wat de status van de activiteiten is. Je kunt dit staand doen via het DOE-bord. Vraag de deelnemers om er in een halve cirkel rond komen te staan en antwoord te geven op:

-        Wat heb je gedaan sinds de vorige bijeenkomst?

-        Welke hindernissen ben je tegengekomen?

De schrijvers suggereren om dit kort te doen en geen ruimte te geven aan vragen of discussie. Als mensen elkaar kunnen helpen of tips hebben, kunnen ze die na de bijeenkomst met elkaar bespreken.

Werkvormen en tools

Het sterke aan dit boek is dat er heel wat bruikbare werkvormen in staan. Zo kun je voor het exploreren gebruik maken van de vissenkom, persoonlijke piekervaringen of de 3-12-3 brainstorm. Voor het condenseren heb je de mindmap of de gouden cirkel. Voor het maken de plug-in, het doe-bord, de videoblog of stappen in de toekomst. Voor de retro zijn er de swimming lanes, eenwoordretro  en tips&tops. Ze staan in het boek in detail uitgewerkt.

Met de VOET vooruit

De auteurs hebben vinden het ook belangrijk om de impact van de PLG te meten. Daarvoor hanteren ze het acroniem VOET:

-        Vragen: hou je vraag open en minder persoonlijk (Vraag niet: ‘wat vind je van de nieuwe werkvorm die vandaag in de les is gebruikt?’ maar ‘kun je mij een tip en een top geven van de nieuwe werkvorm die vandaag in de les gebruikt is?’).

-        Observeren: zelf observaties doen v.b. via lesbezoek. Dit verhoogt de betrokkenheid bij elkaar en zorgt ook dat je elkaars blinde vlekken opspoort. Ook video-observaties hebben voordelen (realiteit stilzetten en terug bekijken). Het samen analyseren van een les leidt tot betere inzichten. Het PLG team kijkt neutraler naar de les dan de docent zelf.

-        Ervaren: door mensen zelf te laten aangeven hoe ze het ervaren, kun je goed inschatten wat het effect is.

-        Toetsen: mini-toets op einde van de les, leerlingen zelf een samenvatting laten maken van de belangrijkste leerpunten. Zo kun je inschatten of ze het begrepen hebben of beter zijn gaan presteren.

Maarten Bruns en Martin Bruggink raden aan om de resultaten ook zichtbaar te maken voor de andere schoolteamleden. Dit is ook een reden om data te verzamelen. Je kunt ze in een PLG bespreken waardoor de uitwisseling voeding krijgt. De onderzoekende houding van het PLG team zorgt ervoor dat je resultaten naar boven haalt en daarmee ook laat zien wat het effect is van wat je doet. Het doen en denken van leerlingen moet daarbij zoveel mogelijk centraal staan.

Tips voor de begeleider

De schrijvers geven ook bruikbare tips voor de coach van een PLG:

-        Doe zelf niet te veel inhoudelijk bijdragen (zeker als je zelf inhoudelijk betrokken bent) en focus op het proces

-        Laat je niet uit het veld slaan door weerstand of een kritische houding ten aanzien van je aanpak. Trek je het zeker niet persoonlijk aan.

-        Geef heldere instructies bij de werkvormen: wat verwacht je precies van de deelnemers en hoeveel tijd hebben ze ervoor? Geef aan wat het resultaat moet zijn.

-        Voorkom dat je de deelnemers te veel keuzes geeft. Dat kan resulteren in onduidelijkheid

-        Pas je aanpak niet meteen aan, anders dreig je de essentie overboord te gooien.

 Conclusie

Starten met een Professionele LeerGemeenschap  - PLG-Teams in het onderwijs  is een vlot en helder boek met veel praktische tips. Het is een aanrader voor iedereen die aan een PLG wil beginnen of die een lopende PLG nieuw leven wil in blazen. We lazen nog een aantal andere sterke boeken over PLG’s. Dit werk is zowel toepasbaar voor PLG’s in de school en voor PLG’s over de schoolmuren heen.

Gratis studiedag!

Veranderwijs.nu organiseert in samenwerking met Vlajo vzw en EduNext vzw op woensdagnamiddag 8 november (Aalst) en donderdagnamiddag 23 november (Leuven) een studiedag over hoe je een professionele leergemeenschap over de schoolmuren heen duurzaam kunt opzetten. Maarten Bruns geeft een keynote waarna EduNext een workshop zal begeleiden waarbij we de inzichten uit de lezing vertalen in concrete acties. Het is een gratis event maar er zijn een beperkt aantal plaatsen. Verzeker je deelname via deze link https://events.clicla.me/EventTool/event/3134/

Foto Maarten Bruns